Een kleine anderhalf uur geleden vertrokken we uit Abong Mbang. Met Nazariusza, één van de Poolse zusters, achter het stuur draaien we bij Bimako rechtsaf de weg naar Djouth in. De geasfalteerde weg richting de oostelijke stad Bertoua hebben we verlaten. Onder ons is de weg rood geworden, de kleur van de stoffige aarde. De resterende 90 kilometer hobbelen we in zo’n twee uur naar Djouth. De wereld lijkt hier de afgelopen jaren stil te hebben gestaan.
Januari 2023 -een impressie over stilstand en vooruitgang
Op andere plekken die we tijdens dit werkbezoek aan ons voorbij zien trekken is dat wel anders. Na de twee jaar dat we door Corona niet in Kameroen waren, zien we in hoofdstad Yaoundé niet alleen dat er nieuwe gebouwen zijn verrezen maar ook nieuwe wegen zijn aangelegd die de reistijd inkorten. Onze chauffeur Toussaint brengt ons vanaf het vliegveld van Yaoundé over nieuwe geasfalteerde wegen in een half uur naar ons vaste onderkomen in de stad. Eerdere jaren kostte dat ruim een uur, vaak vastlopend in het chaotische verkeer.
Als we de volgende ochtend de stad uitrijden op weg naar Abong Mbang komen we iets nieuws tegen – de eerste verkeerslichten van Kameroen. Het verkeer op de drukke kruispunten stroomt daar nu veel makkelijker door.
Voordat we Yaoundé verlaten wil Toussaint ons nog een nieuwe aanwinst laten zien – Playce – een overdekt winkelcentrum dat afgelopen zomer werd geopend. Een plek waar de welgestelde en groeiende middenklasse zich graag laat zien maar daarmee ook de grote verschillen tussen de ‘haves’ en de ‘havenots’ zichtbaar maakt. Op de parkeerplaats wijst Toussaint naar een voorbijlopende klant – één van de beroemdste voetballers van Kameroen.
Drinkend van onze cappuccino’s zien we op de menukaart dat een cheeseburger CFA 3.500 kost, omgerekend € 5,25. Een traktatie die niet bepaald voor iedereen is weggelegd, bedenkend dat het maandsalaris van een beginnende docent ongeveer CFA 45.000 is.
Na onze kop koffie maken we een rondje. We zien restaurants, een enorme speelgoedwinkel, een sportzaak met de groene tenues van de Ontembare Leeuwen, een boutique voor lingerie met goudkleurige paspoppen in de etalage en een grote vestiging van Carrefour, de Franse supermarktketen. Ook kledingketen Mango heeft Yaoundé gevonden, lezen we in een op de etalageruit aangeplakte aangekondigde opening. In juni is het zover.
Wij zetten koers naar Oost-Kameroen. Naar Abong Mbang rijden we over een tweebaans asfaltweg die een jaar of tien geleden is aangelegd. De weg werkt als een magneet. Langs de weg liggen de dorpjes en vindt er volop activiteit plaats. Overal zien we koopwaar uitgestald. Van bananen tot maniok en van ananas tot hout. De belangrijkste drijver voor de aanleg van deze verbinding naar Oost-Kameroen was ongetwijfeld een economische. Tankwagens, vrachtwagens met containers en opleggers met enorme in het woud gekapte bomen rijden af en aan.
Al het verkeer, met verschillende snelheden, maakt gebruik van de tweebaansweg.
De locals verplaatsen zich vooral op hun brommers, vaak zwaarbeladen met complete families of met goederen. Tegelijkertijd zien we direct naast de weg met langsrazend verkeer veel kleine kinderen die van school naar huis wandelen. Aan deze onveilige situatie wordt gelukkig iets gedaan: de maximum snelheid tussen de dorpen is teruggebracht naar 60 km per uur en wordt bovendien gehandhaafd met mobiele radarapparatuur. Ook nieuw voor ons is het elektriciteitsstation net buiten Abong Mbang van waaruit dorpen in het oosten worden voorzien van stroom.
De coronajaren hebben in Oost-Kameroen minder gevolgen gehad dan in Nederland. Weliswaar zijn ook hier lockdowns geweest, maar het aantal besmette personen was hier, voor zover bekend, aanzienlijk lager. Niet verwonderlijk omdat het aantal contacten met de buitenwereld veel beperkter is dan bij ons. Toch waren ook hier de scholen geruime tijd dicht en bij de gezondheidspost in Abong Mbang horen we dat daar tijdens corona minder patiënten langskwamen vanwege beperkende maatregelen.
Wat wel opvalt zijn de posters met de vuistregels van de WHO die we op veel plekken zien aangeplakt. Handen wassen en niezen in de elleboog is ook hier het devies.
Wij zijn weer een week terug in een wereld die we in 2020 achter ons lieten en zeker niet overal heeft stil gestaan. Even weg van de Hollandse drukte, maar met een vol programma voor de boeg. Een week ook zonder internet. Bijna verleerd, maar wel zo rustig.